Elektromagnetische Inductie (EMI)
Elektromagnetische inductie (EMI) is de enige geofysische techniek waarbij twee fysische parameters worden opgemeten: de elektrische geleidbaarheid en de magnetische gevoeligheid. Enerzijds geeft de elektrische geleidbaarheid een indicatie van de bodemtextuur en het vochtgehalte, en anderzijds lokaliseert de magnetische gevoeligheid metalen objecten, verhitte structuren (vb. baksteen, haarden) en ontgravingen. De combinatie van beide parameters heeft als voordeel dat verschillende bodemparameters met eenzelfde scan in kaart kunnen gebracht worden. Tijdens zoān EMI-onderzoek wordt met een meetinstrument in parallelle lijnen over het terrein gelopen, waarna de verzamelde data geĆÆnterpreteerd wordt en verder gevisualiseerd wordt aan de hand van gespecialiseerde software. De diepte van de scan is afhankelijk van de afstand tussen de spoelen van het meetinstrument. We beschikken hiervoor over toestellen voor precieze scans tot 6 m-mv.
EMI is een zeer breed inzetbare techniek en kan voor verschillende toepassingen gebruikt worden:
- Bodemkartering
- Archeologie
- Munitiedetectie
Elektrische Resistiviteit Tomografie (ERT)
Een elektrische resistiviteit tomografie (ERT) geeft de bodemopbouw weer aan de hand van verticale doorsnedes. Die verticale doorsnedes laten toe om de opbouw van bodemvolumes, stortplaatsen of ondergrondse massieven gedetailleerd in kaart te brengen. Bij de uitvoering van zoān ERT worden elektrische probes op ƩƩn rij geplaats en verbonden door middel van kabels. Vervolgens wordt elektrische stroom gecreĆ«erd tussen de verschillende probes. Aan de hand van deze elektrische stroom wordt de elektrische weerstand binnen de bodemvolumes opgemeten. Dankzij de grote afstand die kan gecreĆ«erd worden tussen de verschillende probes, kan er met behulp van ERT op grote diepte (10-15m-mv) gemeten worden.
ERT wordt door ingezet voor volgende toepassingen:
- Het detecteren van ondergrondse structuren
- Bodemkarteringen in functie van de opbouw van bodemvolumes en stortplaatsen
- Geologische karteringen
- Geotechnische analyses in functie van bodemstabiliteit en compactie
Ground-Penetrating Radar (GPR)
Tijdens een GPR-onderzoek wordt met een klein rijtuig in parallelle lijnen over het terrein gelopen. Hierbij stuurt de GPR-antenne voortdurend elektromagnetische pulsen de grond in. Deze pulsen reflecteren vervolgens wanneer deze in contact komen met ondergrondse structuren.
Grondradar is uitermate goed geschikt voor het lokaliseren van ondergrondse structuren, leidingen of muren. Verder levert het van alle geofysische technieken de hoogste resolutiebeelden op en behaalt het een zeer precieze dieptebepaling. Bij deze techniek worden zowel transecten als grondplannen geproduceerd, resulterend in zowel 2D als 3D-informatie. We beschikken over toestellen met een effectieve meetdiepte van 0 tot 3m-mv.
GPR wordt ingezet voor volgende toepassingen:
- Ondergrondse structuren en leidingen detecteren
- Archeologische muurresten en vloeren in kaart brengen
- Munitiedetectie
Magnetometrie
Bij magnetometrie wordt een lokale afwijking ten opzichte van het aardmagnetisch veld gemeten. Deze afwijking wordt veroorzaakt door metalen objecten, munitieresten, bakstenen structuren of zelfs ontgravingen uit het verleden. Met een vlak-dekkende scan kunnen bovengenoemde zaken snel opgespoord worden. Magnetometrie laat een doelgerichte en effectieve aanpak toe. Door middel van dieptedetectie kunnen bijvoorbeeld dieperliggende munitieresten gedetecteerd worden en kunnen zo boringen en sonderingen veilig en kwaliteitsvol uitgevoerd worden.
Magnetometrie kan worden ingezet voor volgende toepassingen:
- Opsporen van begraven en oppervlakkige munitieresten
- Vrijgeven van puntlocaties voor de veilige uitvoering van boringen en sonderingen
- Archeologische grondsporen in kaart brengen